De Magnuskerk in Anloo schuilt steeds meer achter de bomen. Het roept discussie op het in dorp: kappen of niet? Die vraag raakt daarnaast een groter thema: de relatie tussen cultuur en het landschap. Het was het onderwerp van een symposium in diezelfde kerk in Anloo. ‘Als er bomen gekapt worden, ga ik huilend naar huis.’

Met de jaren is de kerk van Anloo steeds meer verscholen achter het groen. Dat zorgt voor discussie in het dorp. Het symposium is georganiseerd om hierover te praten en de verschillende kanten te laten zien. ‘We willen laten zien dat je niet gek bent als volgens jou die bomen weg moeten, maar ook niet als je vindt dat ze moeten blijven’, vertelt Albert Hovius, organisator en voorzitter van de Vereniging Historisch Anloo. ‘Door middel van dialoog hopen we tot een consensus te komen.’

Spinnenweb

De kerk speelde vroeger een hele andere rol dan tegenwoordig. Jan Kolen, hoogleraar Erfgoed van Stad en Land aan de Universiteit Leiden, vertelt over de centrale plek van de kerk. Het wegennet om de kerk is als een spinnenweb, waarbij alle wegen naar de kerk leiden. Ook Hovius vertelt over de centrale positie van de kerk. De klok was een belangrijk communicatiemiddel. De klokslag vertelde tot in de verre omtrek hoe laat het was. Bij sterfgevallen was aan het kleppen van de klok te horen of het een man, een vrouw of een kind betrof en of de overledene een dorpeling was.

In de loop van de jaren is de betekenis van de kerk gemarginaliseerd. ‘De rol van de kerk in het dagelijks leven liep terug. Misschien hoeft hij dan ook in het landschap minder gezien te worden’, suggereert  Hovius. ‘Het landschap heeft zich ontwikkeld terwijl de architectuur redelijk onveranderd is gebleven, dus de onderlinge relatie is anders geworden. Kerken waren vroeger een baken in het landschap. Nu staan er meer bomen en groeien de dorpen dicht.’

Kettingzaag

Landschapsarchitect Berno Strootman beaamt het dichtgroeien van dorpen. Volgens hem geldt het dichtgroeien niet alleen voor Anloo, maar voor heel Nederland. Hij vindt het daarom zaak om ‘liefdevol de kettingzaag te hanteren’. ‘De invloed van de mens is heel belangrijk anders kunnen we elkaar over honderd jaar niet meer zien door de bomen.’ Strootman wil graag zoveel mogelijk contrast in het landschap zichtbaar maken. De uitgestrektheid van vroeger moet weer terugkeren. Als voorbeeld noemt hij zijn project bij de Kymelsberg bij Schipborg. Het gebied raakte steeds meer bebost. Hier heeft Strootman een uitzichtpunt over de weilanden gecreëerd door een aantal bomen weg te halen en een bankje te plaatsen. Van tevoren was hier veel ophef over, maar naderhand vonden de tegenstanders het toch wel mooi.

Volgens Jan Kolen kun je het landschap niet los zien van de mens. ‘Je moet inspiratie halen uit de geschiedenis als je nadenkt over de toekomst’, vindt hij. Kolen noemt het ook wel landschapsbiografie. ‘Het landschap wordt gemaakt door erin te bewegen.’ Hovius deelt de mening van Kolen. ‘Ook ik hoor bij die samenleving in het landschap.’

‘Hoe ver wil je er vanaf zijn om de kerk nog te kunnen zien?’ Haiko Meijer, architect bij Onix, vindt niet dat er veel hoeft te veranderen aan de huidige situatie. ‘Ik vind het wel poëzie dat je de kerk in de winter wel kunt zien en in de zomer niet. Die afwisseling is wel mooi. Denk aan de bomen die er al zo lang staan.’

Evenwicht

De discussie leeft in het dorp en het laat de emoties soms hoog oplopen tijdens het symposium. ‘Als er bomen gekapt worden, ga ik huilend naar huis’, roept iemand uit het publiek. Haiko Meijer reageert: ‘Je moet renoverend en met respect omgaan met de omgeving. Als we altijd rekening houden met de omgeving, kunnen we geen boom meer plaatsen. Het is zoeken naar dat evenwicht. Elk dorp is anders’. Iemand anders begint een pleidooi over de geschiedenis van de omgeving en sluit af met het dringende advies om subtiel om te gaan met de natuur. Strootman: ‘Ik vind het vanzelfsprekend dat mensen er bovenop zitten als bomen weg moeten. Ik vind die ophef uiteindelijk wel mooi.’

Bewoner Henry Holthinrichs vindt de meeste sprekers te eenzijdig kijken: te veel naar de kerk en de bomen en te weinig naar de biodiversiteit en het ecosysteem als geheel. ‘Als je een ingreep wilt doen in het landschap moet je daar niet alleen een landschapsarchitect, maar bijvoorbeeld ook een ecoloog naar laten kijken’, vindt hij, ‘pas dan kom je tot een evenwichtige beslissing.’ Het meewegen van de context is wat hem betreft essentieel. ‘Daarmee komen we in ieder geval een stap vooruit in de discussie.’