‘De provincie kan alleen maar mooier worden’. Meer mogelijkheden voor buiten wonen betekent volgens Anita Andriesen, gedeputeerde Ruimtelijke Ordening in Fryslân, beslist niet automatisch een bedreiging voor de landschappelijke waarde van de provincie.

‘De provincie kan alleen maar mooier worden’. Meer mogelijkheden voor buiten wonen betekent volgens Anita Andriesen, gedeputeerde Ruimtelijke Ordening in Fryslân, beslist niet automatisch een bedreiging voor de landschappelijke waarde van de provincie. Van zo’n tegenstelling is in haar ogen geen sprake. De provincie heeft gewoon baat bij buiten bouwen, zegt ze, mits ruimtelijke plannen goed worden uitgevoerd.
De ruim vierhonderd kleine dorpen in Fryslân, éénvijfde van alle kleine kernen in heel Nederland, kunnen ervan profiteren, meent ze. De dorpsgemeenschappen zullen veel beter in staat zijn hun voorzieningen op peil te houden en daarmee de eigen bewoners, jongeren én ouderen, vast te houden. Want de Friese dorpsbevolking is ten onrechte jarenlang ‘niet aan de bak gekomen’: starters op de woningmarkt, jonge gezinnen met kinderen, oudere mensen die zorg behoeven. Er zullen dan ook vooral betaalbare woningen bij komen. Wat niet wil zeggen dat mensen van buiten de provincie, al dan niet gelokt door ‘wervende huizenadvertenties in De Telegraaf’, niet welkom zijn.
Het zijn uitgangspunten die verwoord staan in het nieuwe (concept) Streekplan van de provincie. Ze gelden volgens de PvdA-gedeputeerde voor de hele provincie, inclusief de Nationale Landschappen in het Zuidwesten (Gaasterland) en het Noorden (de Wouden). Andriesen: ‘Fryslân kende rond het buiten wonen toch al een minder strak beleid dan Groningen en Drenthe. Nauwgezette ‘rode contouren’ rond dorpen wilden we in Fryslân toch al nooit’.
Fryslân zet qua landelijk wonen niet alleen in op uitbreidingsclusters (van hooguit enige tientallen nieuwe woningen) in en bij de vierhonderd kleine dorpen met minder dan tweeduizend inwoners. Het provinciebestuur wil ook een tiental landgoederen in zes gebundelde stedelijke gebieden voor ‘organische nieuwbouw’ benutten.
Anita Andriesen is het eens met de Nota Ruimte-benadering ‘decentraal wat kan’. Van de aanvankelijke beeldvorming rond deze rijksnota had ze in het begin echter wel last: de indruk bestond dat gemeenten sterk hun eigen gang konden gaan. Echter, de provincie is als regisseur van de regio de bewaker van de landschappelijke kwaliteit, zegt ook minister Dekker. Waarbij, net als elders in het Noorden, met vele belangen rekening dient te worden gehouden. Economie en toerisme zijn ook in Fryslân van groot belang, evenals de agrarische sector. Landbouwbedrijven mogen van Andriesen best uitbreiden. Een nieuwe schuur? Geen bezwaar, maar dan wel met een mooie windsingel.

Trefwoorden