Het bedrijfsleven zal in de nabije toekomst duurzamer moeten gaan werken, zegt Anne Jan Zwart, voorzitter van de Kamer van Koophandel in Friesland en eigenaar van Ecostyle, een bedrijf voor ecologische gewasbeschermingsmiddelen en meststoffen.

Een duurzaam bedrijfsleven is volgens Anne Jan Zwart niet alleen voor hemzelf, maar ook voor het huidige ministerie van Economische Zaken een belangrijk item. Anne Jan Zwart trok deze conclusie onder andere naar aanleiding van de toespraak die staatssecretaris Van Gennip onlangs hield bij de opening van het Kenniscentrum Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. ‘Maatschappelijk verantwoord ondernemen is niet alleen moreel juist, het is ook de beste aanpak om continuïteit en winstgevendheid te garanderen’, sprak zij in dat kader. Zwart verwacht dat het ministerie van Economische Zaken de verschillende Kamers van Koophandel de komende jaren nadrukkelijk een rol gaat geven in de verduurzaming van het bedrijfsleven. De overheid zelf zal zich wat hem betreft met name ook op de bewustwording van de consument moeten gaan richten: ‘Uiteindelijk is de consument de baas.’

Ecostyle

Ecostyle, het bedrijf van Anne Jan Zwart, produceert ecologische gewasbeschermingsmiddelen en meststoffen. De wortels van het bedrijf liggen in Europlant, dat in 1967 door een viertal mensen, waaronder de vader van Anne Jan, werd opgericht en biologische gewasbeschermingsmiddelen aan de land- en tuinbouw ging leveren. De oprichters kwamen allen uit de landbouwkundige hoek en maakten zich, vanwege de grote hoeveelheden bestrijdingsmiddelen die in de jaren zestig werden gebruikt, zorgen over de toekomst van de land- en tuinbouw. Omdat sinds de jaren zeventig ook de particuliere markt voor milieuvriendelijke gewasbeschermingsmiddelen en meststoffen gestaag groeide, betrad het bedrijf ook de markt van de hobbytuinier, en vanaf 1993 gebeurde dit onder de naam Ecostyle. Anno 2004 staat de naam Ecostyle voor de levering van ecologisch verantwoorde producten voor hobby- en professioneel gebruik, kent het bedrijf vestigingen in Nederland, België en Denemarken en zorgt de groei van de afzetmarkt ervoor dat over niet al te lange tijd ook elders in Europa vestigingen worden geopend.

Verantwoordelijk lid van de samenleving

‘De persoonlijke motivatie van de ondernemer is vaak een eerste aanzet voor duurzaam ondernemen’, aldus Zwart. Omdat niemand van louter goede bedoelingen kan leven, zal die ondernemer volgens hem de balans moeten zien te vinden tussen duurzaamheid en geld verdienen. Duurzaamheid is voor Zwart overigens veel meer dan milieuvriendelijk produceren en het leveren van ecologische producten: ‘Het is in alle opzichten laten zien dat je een verantwoordelijk lid van de samenleving bent.’ Duurzaamheid is daarom volgens Zwart ook je medeverantwoordelijkheid nemen ten opzichte van de samenleving waarin je opereert, goed zorgen voor je werknemers en, mede daarom, werken aan economische duurzaamheid in de zin van een gezond bedrijf met toekomstwaarde. Dit laatste vertaalt zich wat Ecostyle betreft in een voortdurend proces van innovatie. Anne Jan Zwart: ‘Wij treden op in een markt die wereldwijd gedomineerd wordt door multinationals. Willen wij onze rol daarop blijven spelen, dan moeten we voorop blijven lopen en dus voortdurend innoveren. Wij doen overigens absoluut geen concessies aan ons profiel en zeggen daarom soms heel bewust ‘nee’ tegen bepaalde middelen. Zouden we die concessies wel doen, dan zouden we onze geloofwaardigheid als producent van ecologische producten en dus onze positie in de markt verliezen.’ Duurzaamheid is voor Anne Jan Zwart niet in de laatste plaats synoniem aan openheid en transparantie: ‘De consument moet weten dat een product te vertrouwen is. Ondanks het feit dat wij soms jaren bezig zijn geweest met de ontwikkeling ervan, zijn we daarom volstrekt open over de stoffen die erin zitten.’

Kokosvezels als turfvervanger

Hoezeer de verschillende betekenissen van het begrip duurzaamheid wat Ecostyle betreft met elkaar verweven zijn, blijkt uit de effecten van het op de markt brengen van kokosvezels als turfvervanger. ‘Omdat het afgraven van turf het landschap aantast, zijn wij jarenlang op zoek geweest naar een vervanger hiervoor’, zegt Anne Jan Zwart. ‘Een van onze medewerkers zag op Sri Lanka grote hoeveelheden kokosvezels liggen, het afvalproduct van sisal waarin geen enkele afnemer geïnteresseerd was. Wij hebben een aantal proeven met die kokosvezels gedaan en daaruit geconcludeerd dat het materiaal zeer geschikt is als groeimedium voor planten en een uitstekende vervanger voor turf is.’ Omdat de aanvoer van de vezels erg traag verliep, richtte Ecostyle samen met een Britse partner enige tijd later op Sri Lanka een coöperatie op ten behoeve van de verwerking ervan. Samen met de Britten ontwikkelde Ecostyle vervolgens rond deze coöperatie de benodigde gezondheidszorg en een aantal schooltjes. Via een tussenstap wist het bovendien de in deze contreien sterk in de cultuur verankerde kinderarbeid afgeschaft te krijgen.

Duurzaam ondernemerschap

Het bedrijfsleven heeft volgens Anne Jan Zwart veel te winnen bij duurzaam of maatschappelijk verantwoord ondernemen: ‘Die winst zit in ieder geval in een versterking van de concurrentiekracht en waarschijnlijk ook in een verhoging van de productiviteit. Als ondernemers zijn wij de afgelopen jaren, onder andere dankzij de wijzigingen in de WAO, heel erg verantwoordelijk gemaakt voor onze werknemers. Iedere ondernemer zou dit wat mij betreft als onderdeel van het duurzaam ondernemerschap moeten vertalen in een daadwerkelijke verantwoordelijkheid. Ik weet dat er een spanningsveld bestaat tussen werk enerzijds en zorg anderzijds, maar ik heb ook de ervaring dat de opbrengst van een bedrijf valt of staat met de motivatie van het personeel, en dat dit laatste sterk wordt beïnvloed door de mate waarin een bedrijf zich verantwoordelijk toont voor zijn medewerkers. Transparantie en openheid spelen overigens ook hier een belangrijke rol: mensen zijn meer gemotiveerd om voor een bedrijf te werken als ze weten hoe het met dat bedrijf gaat. Diezelfde mensen zijn bovendien trots op hun bedrijf als ze weten hoe het in de samenleving staat en welke rol het daarin speelt. De identiteit van een bedrijf wordt voor de medewerkers ervan sterk medebepaald door het feit dat het óók investeert in een duurzame samenleving.’