We staan aan de vooravond van de grootste verbouwing ooit van ons landschap. Als we het blijven aanpakken zoals op dit moment, verandert ons land in een puinhoop, een karakterloos verrommeld landschap. Voorkom alsjeblieft dat Noord-Nederland omgevormd wordt tot zo’n rariteitenkabinet, aldus hoogleraar Theo Spek. Zijn remedie: sluit een new deal.

De hele lezing van Theo Spek kunt u hier lezen of beluisteren.

Denk groot en begin bij het landschap. Neem dat als uitgangspunt in plaats van het de sluitpost te laten zijn, betoogde Theo Spek in zijn speech tijdens de Noorderbreedte-manifestatie ‘Mijn landschap’ op 7 februari in de Rijksluchtvaartschool te Eelde. De ruime karaktervolle zaal was volgestroomd met belangstellenden. Ze werden vergast op een hartstochtelijke betoog waarin de Groninger hoogleraar landschapsgeschiedenis tussen heden, oertijd en toekomst meanderde met een helder en analytisch betoog. Hij sloot gloedvol af met een pleidooi voor een nieuwe regionale aanpak, een new deal.

We moeten ruimte maken voor windmolens en zonneakkers, de klimaatverandering vergt omvangrijkere dijken, wateropvanggebieden en andere landinrichting in verband met verzilting, de landbouw gaat verduurzamen, steden breiden uit, we gaan anders reizen en leven. Komende jaren wordt het hele landschap diverse keren ingrijpend over de kop gehaald om al die veranderingen een plek te geven. Ondanks alle goede bedoelingen en kwaliteiten van de mensen die daarmee bezig gaan, zal het een puinhoop worden omdat iedereen in zijn eigen sector blijft hangen en niet overziet welke grote veranderingen er nog meer plaatsvinden. Het moet anders, zo maakte Spek de urgentie duidelijk, en het kan ook anders maar dan moeten belangenpartijen en bestuurders over hun eigen grenzen heen durven stappen en integraal naar het landschap en de nodige transities gaan kijken.
De mens heeft natuur en aarde steeds meer weggedrukt en daardoor komen er steeds meer problemen, aldus Spek. De grootschalige productielandschappen, waarvoor we gekozen hebben door de markteconomie te omarmen, bepalen steeds sterker ons landschap. De variatie verdwijnt; het landschap wordt overal hetzelfde. Daar is afgelopen eeuw van alles op verzonnen: natuurgebieden zijn beschermd, er kwamen overgangsgebieden, de landbouw is in een keurslijf van regels gelegd, we zijn nieuwe natuur gaan maken, etcetera. Al die methodes hebben zeker wat opgeleverd, aldus Spek, ‘Maar toch ervaren we nu dat het misloopt. Het bodemleven is zo goed als dood, de biodiversiteit en waterkwaliteit lopen terug – zelfs de insecten verdwijnen – boeren zitten klem.’

Gaat de technologie ons helpen? Spek is enthousiast over wat innovatie vermag. Maar hij waarschuwt: ‘Ik vind dat we daar ook kritisch op moeten zijn omdat het voor landschap en natuur niet al te veel oplevert.’ De plannen van minister Schouten voor kringlooplandbouw vindt hij verheugend, maar ze stellen hem evenmin gerust. Haar aanpak gaat een deel van de problemen oplossen, maar niet alles. Spek vindt dat we een stap verder moeten gaan: maak een plan om alle grote uitdagingen van de toekomst in onderlinge samenhang aan te pakken en plek te geven in het landschap. Zorg voor ‘landschapsinclusieve landbouw’ en geef direct de andere opgaven een goede plaats.

Om daar te komen moeten er grote en veel barrières geslecht worden. Spek somt op: stop met scheiden van functies. Laat boeren meedenken over natuur en natuurbeheerders over landbouw. Ieder moet echt een andere houding aannemen. Hou op met boeren te verketteren. Al doet de sector misschien dingen die we niet goed vinden, de individuele boer kun je daarvoor niet verantwoordelijk stellen. En het belangrijkste is: combineer al opgaven die er liggen zoals wind- en zonne-energie, klimaatadaptatie, woningbouw, openbaar vervoer etc.

Regio’s zijn volgens Spek de komende jaren de allerbelangrijkste bestuurslaag. Daar moeten alle ruimteclaims en veranderingen aan elkaar gekoppeld worden en onderling op elkaar afgestemd. ‘Begin de grote verbouwing bij het landschap, neem dat als drager, als startpunt van de operatie.’ Hij ziet vijf regio’s in Noord-Nederland: het waddengebied, de kleigebieden aan de kust, de veengebieden, de zandgebieden en de veenkoloniën. ‘Dat zijn vijf compleet verschillende regio’s die alle vijf een eigen new deal nodig hebben. Probeer per regio draagvlak te vinden en te bepalen wat is de essentie van dit landschap? Laat dat dan de drager zijn waar alle transities aan gekoppeld worden. Zo voorkom je dat het landschap een rariteitenkabinet wordt.’ Zo’n new deal  brengt landbouw en maatschappij weer met elkaar in verbinding daarom moet je daar een groot aantal mensen en organisaties bij betrekken. ‘Daar moet je dan helemaal voor gaan’, aldus Spek die de zaal verzekerde dat hij zelf vol passie die weg  verkent. Hij hoort bij de coalition of the willing, de mensen die het voortouw nemen.

De beperkte ruimte in ons land maakt het hard nodig dat we functies combineren, betoogde Spek. Het kan bijzonder vruchtbaar worden om transities uit verschillende domeinen in een integrale aanpak samen te brengen,. Dat schept nieuwe kansen, zoals de uitdijende stad met zijn bevolking die steeds minder weet over het omringende land. ‘Maak regionale markten en stimuleer dat stedelingen regionale producten te kopen. Zo verbindt je hen met het omringende landschap en geef je boeren de kans om hun afzet regionaal te regelen in plaats van op de wereldmarkt. Geef ruimte aan initiatieven van onderaf, laat bewoners meebeslissen.’ Koppel burgerschapsinitiatieven nadrukkelijk wel aan experts, waarschuwt hij. ‘Voorkom dat Nederland een rariteitenkabinet wordt, door ook te coördineren van bovenaf.’ Lees het hele pleidooi van Theo Spek tijdens de Noorderbreedte-manifestatie ‘mijn landschap’ ook op deze site of luister naar de bandopname.