Op initiatief van Noorderbreedte zijn mensen met een verschillende achtergrond gekoppeld aan bewoners van het aardebevingsgebied. Al wandelend of fietsend gaan ze met elkaar in gesprek en proberen zo scherper te krijgen wat Groningen zo typisch maakt. De angst leeft dat als straks alles aardbevingsbestendig is er weliswaar veilig gewoond kan worden, maar er in een ander opzicht iets waardevols verloren kan zijn gegaan. De ziel van het Groninger landschap.

Als ik in Westeremden volgens Google op mijn plaats van bestemming ben gearriveerd, sta ik voor een oud kerkgebouw. Geir Eide groet mij al van een afstand. Hij staat de fietsen te prepareren waarop wij straks een rondje door ‘zijn’ gebied gaan maken. Geir is van oorsprong Noors, heeft gestudeerd in Delft, en heeft bij Daad Architecten in Beilen gewerkt. Thans opereert Geir als zelfstandig architect vanuit het voormalig stationsgebouw in Loppersum onder de naam ‘Ontwerpstation Loppersum’.

Geir woont met zijn gezin al meer dan 13 jaar in de door hem zelf verbouwde Kerk te Westeremden. Het gebouw dat van oorsprong onderdak bood aan de kerkgemeenschap werd later herbestemd als cafe. En weer later als woning. Als eigenaar en bewoner maakt Geir van dichtbij mee wat het betekent als je iets wilt veranderen aan een monumentaal gebouw. Hij wil graag vloerverwarming. Dat kan, volgens de instanties die gaan over het aardbevingsbestendig maken van het gebouw uitsluitend wanneer er volgens bepaalde richtlijnen gewerkt wordt. En dat houdt in dat hij min of meer alle sfeervolle elementen in het gebouw moet verwijderen/slopen. Alleen de buitenmuren blijven staan. ‘Dan resteert er iets dat ontdaan is van alle sfeervolle elementen die nu juist dit gebouw, in mijn ogen, zo waardevol maakt’, zegt Geir. ‘Maar het heeft dan wel vloerverwarming.’

Tijdens onze fietstocht laat Geir mij gebouwen zien die als gevolg van de aardbevingen zwaar beschadigd zijn en waarbij hij als architect betrokken is. Geir heeft er als architect voor gekozen de wens van zijn opdrachtgever als uitgangspunt te nemen. ‘Dat kan er soms toe leiden dat ik oplossingen bedenk die weliswaar tegemoet komen aan de wens van de opdrachtgever, die een identiek gebouw terug wil,maar die in werkelijkheid leiden tot iets wat het net niet is. Gewoon omdat 100 procent identiek herstellen technisch en financieel niet mogelijk is.’

‘Begrijp dat vele opdrachtgevers niet uit eigen wil met hun huizen bezig zijn. Het is hen overkomen. Ze worden er als gevolg van de aardgaswinning mee geconfronteerd. Eigenlijk zou je dan mogen verwachten dat de overheid deze mensen tegemoet komt in het verhelpen van die schade. De werkelijkheid wil dat deze mensen tegen een muur van onbegrip en soms ook onwil lopen. De verhoudingen zijn inmiddels zo slecht dat het vertrouwen volledig weg is. Dan kan je moeilijk verwachten dat zij de consequenties van die schade zelf gaan dragen. En dus krijg je dan ook wensen als ‘identiek herstellen’, terwijl dat niet kan.’

‘En dan heb je ook nog rigide beleid dat vernieuwing tegenwerkt. Neem de bouw en uitbreiding van mega-stallen/schuren. Los van de ethische kwestie of ik voor of tegen mega-schuren ben, kan je er in esthetisch opzicht iets interessants van maken. Maar het huidige beleid houdt dat tegen. Daken moeten bijvoorbeeld donker van kleur zijn. En dorpsgezichten zijn heilig. Waarom? Omdat dat het beleid is. Die muur is lastig te slechten. Terwijl ik tal van voorbeelden kan laten zien, en dat ook heb gedaan, hoe het anders en beter kan. Als je in dit gebied meer ruimte zou geven aan experimenten, waarbij je beleid en regelgeving niet leidend laat zijn, ben ik ervan overtuigd dat je tot verrassend mooie oplossingen kunt komen. Maar de verandergezindheid is niet bijster groot. Niet alleen bij bestuurders, ook bij de inwoners. Die behoudende instelling draagt in mijn optiek niet echt bij tot de vitaliteit van dit gebied.’

Nadat we Stedum hebben verlaten laat Geir mij een grote woonboerderij zien. Met een prachtig fraai voorhuis. ‘Kijk, hier maak ik mij werkelijk zorgen om. Omdat de schade bij dit soort boerderijen vak ernstig is en de richtlijnen voor veilig wonen zodanig zijn dat herstellen geen optie is, bestaat het risico dat dit voorhuis volledig afgebroken wordt. En er bestaan vele van dergelijke gevallen. Het zou zonde zijn als dat alles verloren gaat.’

(meer tekst onder de foto’s)

In Loppersum doet Geir snel even wat boodschappen bij Albert Heijn. Honderd meter verderop toont hij mij een doodstille winkelstraat. Is dit een geval van een achterhaald winkelaanbod en dus geen vraag? Of is er wat anders aan de hand? Een prachtig pittoresk oplopende winkelstraat met zicht op de kerk. Maar geen mens te bekennen. De gemeente blijkt er mee bezig te zijn hoe deze winkelstraat weer levendig te krijgen.

Op weg naar huis fietsen we onder de hoogspanningskabels door. Ik vind het bijzonder hoe ik deze enorme obstakels, overal in Nederland, als vanzelfsprekend ben gaan beschouwen. Zou het dan allemaal een kwestie van tijd, slijten en wennen zijn? Vraag ik mij in stilte af. Het blijkt dat er een voornemen ligt om deze oude masten te gaan vervangen voor nieuwe, kennelijk veel hogere palen. Als ze afgebroken worden, zouden er dan ook mensen zijn die daartegen in verweer gaan komen? T’is immers een heel vertrouwd beeld. Geir vindt de bestaande masten fantastisch. ‘Prachtig mooie rechte lijnen die het gebied zo duidelijk markeren. Net zoals de Eemshavenweg. Een mooie rechte weg dwars door het gebied. Lange verdwijnende lijnen door het weidse gebied.’

Weer in Westeremden aangekomen  blijkt mij dat we de Dollard route hebben gefietst. Althans voor een deel. Een mooie route die ik zeker nog eens ga fietsen. In het centrum passeren we een klein dorpswinkeltje dat gesloten lijkt. De meeste mensen kopen blijkbaar bij de Albert Heijn.

Hent Hamming

(Hent Hamming is uitgever en maker van de Groninger Scheurkalender. Hij is ondernemer en marketeer en was voorheen directeur/eigenaar van Adfo Movere. Hent woont in Eelde.)

Hent Hamming