Buurt mag Onlanden op eigen manier in gebruik nemen

Op de brug over het omgelegde Eelderdiep bij de nieuwbouwwijk Ter Borch willen de racefietsers even goed op de pedalen om in de Onlanden kilometers te vreten. Mensen stromen op een mooie dag de stad Groningen uit op zoek naar de buitenruimte. Het ontvangstcomité van het Festival van Oerrr van Natuurmonumenten heeft er op zondag 23 augustus de handen vol aan om de kluitjes fietsers af te remmen. ‘Rustig jongens, hier even goed opletten. Er lopen nu veel kleine kinderen.’ 

Op dit punt gaat de stad Groningen abrupt over in natuur. Een dichtbebouwde nieuwbouwwijk aan de ene kant van het diep, een nieuw groot – en ruig – natuurgebied aan de andere zijde van het water. ‘Wat willen onze buren?’, vroeg Natuurmonumenten zich af toen het een verlaten boerderij op het scharnierpunt van stad en natuur in bezit kreeg. Want in de nieuwe natte natuur is weinig meer te verdienen voor een boer. ‘Vroeger zouden we de boerderij hebben verkocht of platgegooid’, vertelt Tom Rustebiel, communicatiemedewerker van Natuurmonumenten. Want Natuurmonumenten is – los van cultureel erfgoed – niet zo van gebouwen. Alleen op strategische plaatsen wil de natuurbeheerder wel graag aan de mensen vertellen over de natuur en het gebied. 

Is de Madijk aan de rand van Groningen een goede plek voor een bezoekerscentrum? Dat zal blijken. Amper een decennium geleden was hier een veenweidegebied waar boeren hun koeien molken. Nu zwemmen er otters – ze rukken zelfs op naar de stad. De natuurontwikkeling kwam in 1998 in een stroomversnelling nadat de stad Groningen natte voeten kreeg. De Onlanden zijn ingericht als waterberging. De stoere naam verwijst naar de enigszins onherbergzame karakter van deze nieuwe natuur. Er graast nauwelijks meer vee, behoudens wat vleeskoeien op de hoge delen. Rustebiel: ‘Wij kunnen goed zorgen voor natuur – en dat doen we hier ook – maar we zijn ook op zoek naar een nieuwe rol voor de vereniging in de samenleving. Daarom besloten we toen we deze boerderij kregen om niet zelf een plan te maken voor een bezoekerscentrum, maar eerst eens te vragen aan de bewoners eromheen wat zij op deze plek wilden.’ 

Mareke en Michel, bewoners van de wijk, hebben de uitnodiging om mee te denken afgelopen winter wel gezien. ‘Wij zijn toen niet naar die bijeenkomst gegaan, maar onze buurvrouw wel, dus we horen er wel wat over.’ Inmiddels zijn ze lid van de Onlanderij geworden, de moestuinvereniging die daarna is ontstaan en die een deel van het erf bij de boerderij in bruikleen heeft gekregen. Liza en Lara, de twee dochters van Mareke en Michel, zijn druk bezig in de tuin. Ze komen een worteltje aanbieden. ‘Proef eens, mam.’ Mareke hoopt dat ook de jonge pubers straks iets te doen vinden op de boerderij. ‘Want over een paar jaar lopen er driehonderd prille tieners rond in deze wijk.’

‘We zijn een soort tijdelijk huwelijk aangegaan met de omgeving’, vertelt projectcoördinator John Tukker. Alles eerst tijdelijk om te kijken wat werkt en organisch gaat groeien. De enige voorwaarde die Natuurmonumenten stelt, is dat de gebruikers van de moestuin lid zijn of worden van de vereniging. Tukker is aangenaam verrast door het aantal mensen dat op de boerderij afkomt. Die is inmiddels een soort magneet geworden voor van alles en nog wat: in de wilde bloementuin achter de boerderij plukken buurtbewoners bloemen en er verrijst een huttendorp. Kinderen komen er slingeren aan de touwen die Marinus Kuiper heeft opgehangen. Met zijn vriendin Mijke Schaap is hij tijdelijk beheerder van de boerderij. Het is best zoeken: Natuurmonumenten gunt kinderen een ontdekkingsreis in de natuur. Dus zijn de ‘speelaanleidingen’ die de beheerders creëren spannend. Maar er mag natuurlijk niemand uit de boom vallen…  Tuimelen is prima, een schaafwond mag ook, maar liever geen gebroken polsen. Hoe regisseer je een ontdekkingstocht? ‘Je merkt dat het lastig is voor Natuurmonumenten om de regie uit handen te geven’, vertelt Kuiper. Met zijn vriendin heeft hij het plan om volgend jaar ‘ergens in de stad’ een eetbare tuin met horeca te beginnen. Hun bedrijfsplan ligt klaar. Dit jaar mogen ze met behoud van uitkering ervaring opdoen bij de boerderij van Natuurmonumenten. ‘Ik kan hier mooi zien of mensen mijn limonade en taart wel lekker vinden’, zegt Schaap. Kuiper vult aan: ‘Wat zij daarmee verdient geef ik op Marktplaats of in de Kringloopwinkel weer uit.’ Want ondertussen hebben ze zitjes in de tuin gezet en in de boerderij een vergaderlocatie ingericht.

Ook voor Natuurmonumenten is het uitproberen: wat voor rol kan een natuurbeheerder spelen in het leven van mensen? En hoe werkt dat? De jonge kinderen lijken de weg naar de boerderij gevonden te hebben. Tom: ‘De Buitenschoolse Opvang verderop in de wijk heeft alleen maar een betonnen speelplein. Ze zagen hier reuring en vroegen: mogen we hier komen spelen? Prima.’ Aan de overkant van de boerderij wonen in een behandelkliniek zestien gezinnen waarvan de ouders een verslaving hebben. Daarmee heeft de wijk een aantal tijdelijke inwoners die een totaal andere leefwereld hebben dan de vaste wijkbewoners. De moestuin smeedt nieuwe banden. Isis van tien jaar woont in de behandelkliniek omdat haar vader  ‘slechte dingen heeft gedaan’, zoals ze zelf zegt. Ze laat de moestuin zien waar ze wekelijks een paar keer komt. ‘Al deze courgetteplanten hebben wij gepoot.’ Ze loopt op het Oerrr-festival rond alsof ze de gastvrouw zelf is. Wanneer ze net vijftig cent voor een zelfgebakken brownie tekortkomt, trekt ze een grimas die Mijke zo aan het lachten brengt dat ze de lekkernij toch meekrijgt.

Het erf van de boerderij aan de Madijk is op 23 augustus voor een dag veranderd in een festivalterrein voor kinderen die lid zijn van de jeugdclub Oerrr. De kids komen massaal af op het evenement. De kinderen van elders worden met een tractorwagen van de parking opgehaald en kinderen uit de buurt laten hun ouders hun nieuwe speelterrein zien. 

Het is prachtig weer dus stromen hardlopers en fietsers de stad uit via het fietspad naar de Onlanden. Het gebied is door sporters ontdekt. Fietsers kunnen behoorlijke afstanden afleggen, maar ook kleine rondjes rijden. En voor hardlopers is een groene route van vier mijl uitgezet. De getallen op het asfalt stimuleren om even kort te versnellen – of vertragen. Michel en Mareke nemen vaak het fietspad langs het diep in de richting van Eelde. ‘Verderop zit een ijsboertje, dat is een mooi doel om met de meiden naartoe te fietsen.’ 

Kadertje: (H)eerlijk vlees

Het vlees van de limousin-runderen in het gebied wordt verkocht via heerlijkvlees.nl. Zodra 35 mensen op internet hebben ingeschreven op een vleespakket van 7 kilo, gaat er een dier naar de slacht. Twee weken later brengt initiatiefneemster Gerda van Veen het vlees thuis. Ze bezorgt in een straal van twintig kilometer. ‘Zo verbind ik de boer met de buurt.’