Begin maart was het, voor de kust van Finland. Stond-ie midden in de nacht op het dek van een koopvaardijschip: overal ijs, schip vast, motor uit. Aardedonker, diepe stilte. Keek-ie naar boven: alles en niets tegelijk.

En wat er dan door je kop gaat, zegt Tjibbe Hooghiemstra.

Dat we dus niet moeten denken dat we ergens grip op hebben zodra we er woorden aan vastgeplakt hebben. Dat ruimte die gemeten is, geen ruimte meer is maar een getal. Dat een schilderij dat naverteld kan worden, geen schilderij meer is. Of een tekening, of een foto.

Vroeger wilde hij zeeman worden. Echt waar, zegt hij. Al komt hij van de zandgrond: Tytsjerk,1957. Friesland dus. 

Zand. Of dat er iets mee te maken heeft? 

‘Zou het?’

Een opgeruimd atelier. Hier de penselen, daar de tubes, daarnaast het pastelkrijt. Stapeltje dit, stapeltje dat. Keurig. Op de ezel een schilderij in wording – een lijn, nog een lijn, een kleur, een vlak. Het schilderij zit nog vol gaten. 

Wanneer is het af? ‘Dat merk ik wel.’ Al laat hij dingen eindeloos staan voor hij het durft te zéggen: af. ‘Ik vertrouw mezelf voor geen meter.’

Zand. Je denkt wat beet te hebben maar het glipt je zo weer door de vingers. 

Zie: nergens houvast in die tekeningen en schilderijen. Zelden of nooit kun je zeggen: boom, horizon, huis. Nimmer mens. En wat je denkt te herkennen verdampt zodra je er een woord aan hebt vastgeplakt. Lijnen die over het papier kruipen, kleuren die voor je ogen verschieten: bruin dat zwart wordt, zwart grijs, grijs bruin.  

Nu liggen er geen tekeningen of schilderijen, maar foto’s. 

Een beetje fotograaf zou zeggen: er staat niks op. He-le-maal niks. Vooruit – vlakken en lijnen. Maar die woorden zijn al te veel van het goede. Dat daar, is dat een wolk? Zand? En dit, water? En deze, hemel of aarde? 

Nee, nu gaan we dus niet zeggen dat hij schildert met een fotocamera. 

Hoe? Ach, bijvoorbeeld: van een foto een kopietje maken en dat weer fotograferen om daar weer een kopietje van te maken. En nog eens en nog eens. Zodat je niet meer ziet dat water water is, dat zand geen zand meer is en wolk geen wolk. 

En het mooie is: dat water voor je ogen dan ineens zand wordt of zand wolk. Dat al die ruimte waaraan je zo graag woorden plakt en afmetingen geeft en houvast hebt, wordt wat ze moet blijven: ruimte. 

Die boot, daar komt het door. ‘Een hemel vol sterren, groter dan de aarde en niet groter dan een korrel zand.’

Was-ie er al zijn hele leven druk mee in de weer geweest, dáár wist hij ineens waar het al die tijd om had gedraaid.

In 2011 was dat trouwens. Een beginnende vijftiger was-ie.

Maar er zit geen foto van zand tussen. Zegt Tjibbe Hooghiemstra.

De foto’s van Tjibbe Hooghiemstra zijn van 23 januari tot 15 juni 2016 te zien in het Fries Museum in Leeuwarden, onder de  titel The Reading of Space. Het gelijknamige boek verschijnt indien mogelijk eind 2015 bij uitgeverij Waanders. 

Een negenluik uit de tentoonstelling maakt onderdeel uit van de expositie Gevaar & Schoonheid in Museum De Fundatie, Zwolle (t/m 3 januari 2016).