Annemarie Kok voelt tot op zekere hoogte wel mee met de somberte van Willem van Toorn over de toestand van onze samenleving en ons landschap. Toch hebben volgens haar de landschapsoptimisten het bij het juiste eind.

Wanneer begon elke verandering in het landschap verlelijking te zijn?’
De dichter C.O. Jellema vroeg zich dat hardop af, toen ik hem een jaar of tien geleden interviewde over het dorp en het landschap waarin hij woonde (Leens, Noord-Groningen).
Het was een vraag die mij ook weleens had beziggehouden, gezien de vele voorbeelden van treurig stemmende nieuwbouw rond dorpen en steden of in het open landschap. Als kind al voelde ik me bedrukt als we met onze Volkswagen Kever langs hoge, kille flatgebouwen reden. Ook in de geschiedenisloze wijken waarin ik zelf opgroeide, keek ik niet blij om me heen.
‘Je hebt hier op het Hogeland nog het idee dat het leven je is voorgeleefd door je voorgeslacht. Voor die gedachte ben ik altijd gevoelig geweest’, vertelde Jellema. Ik vond dat mooi gezegd.

Wij willen onze journalistiek zo open mogelijk houden omdat we onze liefde voor het Noorden graag met iedereen delen. Om deze onafhankelijke journalistiek mogelijk te maken, investeren wij veel tijd. Wij hebben lezers nodig om dit te kunnen blijven doen. Voor slechts €57,50 per jaar kun je ons steunen en krijg je vier keer per jaar ons tijdschrift opgestuurd.

Trefwoorden