Ik wil u een geheim vertellen, het geheim van Noorderbreedte.
‘Breed tijdschrift over Noord-Nederland’, ja, zo kun je dat voor het gemak best zeggen. Maar eigenlijk ligt het ingewikkelder. Noorderbreedte gaat niet zozeer over, nee, het maakt wat van het Noorden. Telkens weer ervaren we het conglomeraat van Friesland, Groningen en Drenthe als een rijk gevulde voorraadschuur. Naar hartelust speuren we daar rond, en verzamelen wat we wonderbaarlijk, mooi en belangwekkend vinden. Daar gaan we in het veld en achter onze computers verder mee aan de slag. Op die manier vormt zich een tweemaandelijkse impressie van het Noorden. Onze eigen tijdelijke schepping. Noorderbreedte als microkosmos. Waarvan we hopen dat de vonk overspringt op u, gewaardeerde lezer.
In dit eerste nummer van 2009 komt u verschillende nieuwe rubrieken tegen. Om te beginnen Gek Land. Tijdens hun vele tochten in de noordelijke provincies, valt het Harry Cock en Wim Boetze op dat het landschap soms wat scheel is. Tussen de bekende beekjes, vergezichten en dorpjes zien ze met zekere regelmaat iets vreemds. Een molen in een bos, een vergeten viaduct, bonsaibomen langs de snelweg of een zoveelste natuurdingetje op een plaats waar je het niet bedacht zou hebben. Lees ook Neuzen in het Noorden, waarin Jelle Leenes snuffelt aan al dan niet verdwenen geuren. Verder: foto’s van onze nieuwe medewerkster Marieke Kijk in de Vegte, recent afgestudeerd aan kunstacademie Minerva. Op de middenpagina’s de jongste, opvallendste architectuur van het Noorden. En achterin een bijzonder verbond van fotografie en poëzie, de opmaat naar de zeven vaste pagina’s die we vanaf nummer 2 (half april) reserveren voor kunst, cultuur & landschap.
Veel plezier met de 33ste jaargang.
Ik wil u een geheim vertellen, het geheim van Noorderbreedte.
