Noord-Nederland is vastbesloten een belangrijke rol te spelen in die nieuwe energiewereld, een rol die voortvloeit uit het verleden. Energy Valley vormt het spilpunt.

Op weg naar onze afspraak met drs. Gerrit van Werven, directeur van het coördinatiebureau Energy Valley in Groningen, passeren we op de Radesingel een grote zwarte jeep. Zo’n benzineslurper voor het ruige terreinwerk, die je daarom blijkbaar vooral in de grote steden ziet rijden. Een P.C. Hoofttrekker. Maar deze is anders: op de zijkanten staan afbeeldingen van bloeiende koolzaadvelden en teksten: ‘Dit voertuig rijdt op plantaardige olie. www.hanze.nl.’
De experimenten met alternatieve energie zijn overal om ons heen want het staat vast dat aardgas en olie eens op raken. Dus we moeten wat met zijn allen. Kranten en tijdschriften staan vol met artikelen over nieuwe ontwikkelingen, televisie en radioberichten erover. Over de toepassing van plastic zonnepanelen, de bouw van fabrieken voor biobrandstof, de opening van tankstations voor aardgas, het plaatsen van vergistinginstallaties bij boerderijen, het winnen van energie uit water, de rij is schier eindeloos. Noord-Nederland is vastbesloten een belangrijke rol te spelen in die nieuwe energiewereld, een rol die voortvloeit uit het verleden. In voorgaande eeuwen was de turf die hier werd gestoken net zo belangrijk voor de nationale economie als het aardgas tegenwoordig. Die historische realiteit vormt een natuurlijk uitgangspunt voor het vervullen van een voortrekkersrol op het gebied van ‘energietransitie’, zoals de geleidelijke overgang naar nieuwe bronnen van energie wordt genoemd. Energy Valley is daarin het spilpunt.

Als we bij Van Werven op zijn kantoor zijn aangekomen is het eerste dat hij ons voorlegt een grote kaart van Noord-Nederland waarop projecten staan aangegeven waarmee Energy Valley zich bezighoudt. Het zijn er tientallen, een groot deel nog in ontwikkeling, een aantal al in bedrijf. De kaart laat niet alleen nieuwe ontwikkelingen zien op het gebied van alternatieve energie, maar ook de bestaande aardgasvelden en elektriciteitscentrales. ‘Want laat ik direct duidelijk maken dat Energy Valley zich niet alleen richt op nieuwe duurzame vormen van energie maar ook op bestaande. Je kunt ook niet goed onderscheid maken tussen duurzaam en niet duurzaam. Vergeleken met kolen en kernenergie is aardgas relatief duurzaam. Het is weliswaar fossiel maar verreweg het schoonst, relatief veilig en makkelijk te gebruiken. De Europese Unie is nu bezig met een omvangrijk programma over gas in transitie. Dat is een belangrijke business die draait om het efficiënter benutten van gas. Denk daarbij aan “groen gas”, aan HRE-ketels – die naast warmte ook stroom maken – en aan het rijden op aardgas.’
Die eerder genoemde kaart, waarvan ook een groot exemplaar aan de muur hangt in het kantoor van Van Werven, maakt onderdeel uit van het project Wegen in de vallei. Dat rapport sluit aan op het regeringsbeleid op het gebied van energietransitie. Voor de realisering van een groot aantal plannen in Noord-Nederland wordt een beroep gedaan op geld uit het Waddenfonds. Dat fonds van achthonderd miljoen euro is door de overheid in het leven geroepen als compensatie voor het boren naar gas onder de Waddenzee. Energy Valley wil vijftig miljoen euro uit dit fonds om in vijf jaar tijd een groot aantal projecten te kunnen uitvoeren. Daarnaast is nog eens twintig miljoen euro nodig uit het Fonds Ontwikkeling Energiecluster Noord-Nederland, dat mede gevoed dient te worden vanuit dat Waddenfonds. Veertig procent van de kosten wordt daarmee gedekt. De rest moet komen van het bedrijfsleven en lagere overheden.

Buitenland jaloers op Noord-Nederland

De stichting Energy Valley is opgericht en wordt gefinancierd door SNN (Samenwerkingsverband Noord-Nederland), Gasunie, de gemeenten Assen, Emmen, Groningen en Leeuwarden, de NOM (Noordelijke Ontwikkelingsmaatschappij), de NAM, de drie noordelijke provincies, de Rijksuniversiteit Groningen en het Samenwerkingsverband Noord-Nederland EZ/Kompas. Het is een publiek-privaat samenwerkingsverband om de energieactiviteiten in Noord-Nederland uit te laten groeien tot een cluster van nationale en internationale betekenis. Doel is het versterken van de werkgelegenheid.
Een half jaar geleden verhuisde de stichting naar Meerwold in Groningen, het voormalige KPN-opleidingscentrum aan de Laan Corpus den Hoorn. Dit complex is al aardig bezig uit te groeien tot de gewenste energiecluster, omdat ook het Energy Delta Institute en Value in the Valley er reeds onderdak hebben gevonden. Tegelijk met Energy Valley zijn Biopower International en TietoEnator naar het congrescentrum verhuisd. Ook Ecofys en de Engelse investeringsmaatschappij Energy Development Partners (EDP) hebben er onlangs een vestiging geopend.
Deze samenballing van kennis en initiatieven past uitstekend in de doelstelling van Energy Valley om Noord-Nederland op de kaart te zetten als hét energiegebied van Nederland en op termijn van heel Europa. Wat Silicon Valley in Californië is voor de ict-sector moet Energy Valley worden voor de energiemarkt. ‘Zover is het nog niet,’ zegt Van Werven, ‘maar het gaat snel. Neem zoiets als de mestvergisting. Een paar jaar geleden was dat nog nieuw, nu denkt iedere grote boer er serieus over zo’n installatie bij zijn bedrijf te plaatsen. Er is sprake van een stortvloed aan grote en kleine initiatieven op het gebied van duurzame energie. Er wordt veel onderzoek gedaan, er is veel samenwerking met het bedrijfsleven op het gebied van pilotprojecten maar de slag naar grootschalige implementatie moet nog plaatsvinden. Dat neemt niet weg dat het buitenland met enige jaloezie kijkt naar de ontwikkelingen hier.’
Ook in landen als Zweden en Duitsland is men volop bezig met energietransitie en in sommige opzichten is men er verder mee dan Nederland, vooral op het gebied van overheidsmaatregelen bij het invoeren van nieuwe vormen van energie. Maar in die landen is geen sprake van een beperkt gebied waarbinnen zich onderzoek en experimenten concentreren. In dat opzicht is Noord-Nederland uniek, waarbij overigens in het kader van Energy Vally ook de kop van Noord-Holland gerekend moet worden. In 2005 is een convenant gesloten met een vergelijkbare netwerkorganisatie daar, Renewable Energy Valley. In dat grotere verband is nu ook het ECN in Petten erbij gekomen.

Waddenregio is nog nooit zo groot geweest

Het begrip Waddenregio is nog nooit zo groot geweest als in de opvatting van Energy Valley. Het strekt zich uit van Alkmaar tot Texel en van Coevorden tot Schiermonnikoog! Maar het zwaartepunt van alle activiteiten en investeringen komt te liggen op de waddeneilanden en de kustgemeenten, zo belooft de nota Wegen in de vallei. Wat gaat er zoal gebeuren? Uit de lange lijst van projecten die in de nota worden genoemd, plukken we een paar tot de verbeelding sprekende onderwerpen.

Het Energietransitiepark Eemsdelta: dit omvat de ontwikkeling van duurzame energietechnologieën om een innovatief cluster van energieactiviteiten te realiseren dat aansluit op de aanwezigheid van procesindustrie en havenfaciliteiten. De Eemsdelta is nu al verantwoordelijk voor meer dan twintig procent van de nationale elektriciteitsproductie. Onder meer door uitbreiding van de biomassaconversie en de bouw van een aantal nieuwe centrales, zal het belang van dit gebied verder toenemen. Gevoegd bij de komende bouw van een terminal voor de aanvoer van vloeibaar aardgas en nog een aantal andere projecten, betekent dit dat er over twee tot drie jaar een kleine drieduizend mensen aan de realisatie van alle plannen zullen werken.

Het Energietransitiepark waddeneilanden: onder deze paraplu vallen onder andere duurzame energietoepassingen als zonnecellen, zonneboilers, warmtepompen, co-vergisting, biobrandstoffen en waterstof, die ingezet kunnen worden voor duurzame recreatieparken, bedrijventerreinen, jachthavens en mobiliteit. In de afgelopen jaren zijn al heel wat plannen in deze richting ontwikkeld die nu tot uitvoering zouden kunnen komen.

Thuiscentrale/Smart Power System: de thuiscentrale wordt de opvolger van de HR-ketel in woningen en bedrijven. Deze micro-warmtekrachtcentrale levert zowel warmte als stroom en heeft een aanmerkelijk hoger rendement dan bestaande apparaten. De introductie van dergelijke thuiscentrales leidt samen met windmolens en zonnepanelen tot een verschuiving van centrale naar decentrale energieopwekking: de ene buurman voorziet de koelkast van de andere van elektriciteit. Als dit allemaal op grote schaal gaat gebeuren kan dat leiden tot een verstoring van de energiebalans, maar ook aan de oplossing van dit probleem wordt hard gewerkt. Dat heet Smart Power System (SPS). Omdat deze vorm van energieopwekking overal ter wereld nog in de kinderschoenen staat, biedt de ontwikkeling en productie van thuiscentrales in Noord-Nederland dit gebied de unieke kans een mondiaal concurrentievoordeel op te bouwen.

CO2-opslag/ZEPP in Drachten: op termijn is grootschalige afvang en opslag van CO2 in lege gasvelden waarschijnlijk. Naast de winning van aardgas en de opslag van buitenlands gas ontstaat daarmee voor Noord-Nederland een derde mogelijkheid voor het benutten van de gasvelden. De technieken zijn nu zo ver ontwikkeld dat een demonstratie op kleine schaal aan de orde is. Dat zou kunnen gebeuren op een verlaten gasveld bij Drachten. Als daar een Zero Emission Power Plant (ZEPP) wordt gebouwd, een elektriciteitscentrale waarvan de CO2-afvalgassen in het bijna lege gasveld worden gepompt, heeft dat als bijkomend voordeel dat een deel van de nog aanwezige aardgas- en oliemoleculen door de weer toenemende druk alsnog zouden kunnen worden gewonnen.

Duurzame elektriciteit: uit een drietal projecten kiezen we Blue Energy. Dit project – uitgevoerd door het onderzoeksinstituut Wetsus – bevindt zich nog in de onderzoeksfase, maar de eerste resultaten zijn veelbelovend. Blue Energy berust op het benutten van minieme spanningsverschillen die optreden bij de overgang van zoet naar zout water. Aangezien er in Nederland elke seconde ongeveer 3300 kubieke meter zoet water naar zee stroomt, zou het benutten van vijf tot tien procent van dit energiepotentieel al een aanzienlijke bijdrage leveren aan de productie van groene energie.

Groen gas: de landbouw krijgt in toenemende mate een rol als producent van groene grondstoffen voor energieopwekking en groene chemie. Naast de productie van biodiesel en methanol om auto’s op te laten rijden kan uit deze grondstoffen ook groen gas worden gewonnen. De ambitie is om in 2030 twintig procent van het aardgasverbruik te vervangen door groen gas. Er zijn plannen ontwikkeld voor twee projecten: Behalve voor een project voor vergassing van biomassa zijn er ook plannen ontwikkeld voor projecten op het gebied van co-vergisting van mest en landbouwgassen.
Vergisting is een proces dat met name geschikt is voor natte (rest)stromen; een techniek die zich leent voor koppeling aan lokale productie- en verwerkingsprocessen. Dit betekent dat aansluiting mogelijk is bij het agrarisch bedrijfsproces, bij de agrarische industrie en bij afvalverwerking. Vooral kleinschalige co-vergistinginstallaties missen momenteel de mogelijkheid om de vrijkomende warmte van de WK-installatie af te zetten. Daardoor blijft een belangrijk deel van de duurzame energieproductie onbenut. Als de co-vergisting kan worden opgewaardeerd naar groengaskwaliteit is een veel efficiëntere benutting mogelijk, bijvoorbeeld door het groene gas bij te mengen in het aardgasnet of het te benutten als grondstof voor groene chemie. Zowel in Zwiggelte als in het Westerkwartier zijn projecten in voorbereiding waarbij boeren gezamenlijk biogas uit mest en maïs willen halen en dit aan het lokale aardgasnet leveren. Noord-Nederland heeft een prima uitgangspositie voor opschaling van deze ontwikkelingen. Er is ruimte, er is landbouw, er is een goede infrastructuur, kennis over gas en biomassa en een goed aardgasnetwerk.

Concentrated Solar Power

Zeker het vermelden waard is de stichting Gezen in Groningen, stichting ter bevordering van grootschalige exploitatie van zonne-energie, die ook samenwerkt met Energy Valley. Oprichter Evert van Voorthuysen is een wetenschappelijke duizendpoot die zich richt op de bouw van zonthermische krachtcentrales in landen waar de zon bijna altijd schijnt. Volgens hem kan in 2030 heel Europa van stroom worden voorzien met een complex van 250 vierkante mijl aan parabolische spiegels in de Sahara. Bovendien zouden deze installaties in kustgebieden zeer grote hoeveelheden zeewater kunnen ontzilten tot drinkwater of irrigatiewater. CSP, Concentrated Solar Power, heet dit proces en het berust op het principe dat het in de spiegels gevangen zonlicht onder hoge druk stoom maakt uit zeewater. De stoom drijft met behulp van een turbine een generator aan die stroom opwekt. Het idee is vermoedelijk dermate futuristisch dat Van Voorthuysen tot nu toe nauwelijks enthousiasme onder beleidsmakers heeft kunnen opwekken. Naar zijn overtuiging is CSP de echte oplossing voor het mondiale energievraagstuk en zijn alle andere initiatieven op dit gebied van tijdelijke aard.

Alleen maar plannen of gebeurt er ook al iets?

Als je bovenstaande opsomming van projecten leest zou je bijna vergeten dat er al heel veel is gerealiseerd of in een definitief stadium van voorbereiding is. We geven een paar voorbeelden
In Zuidwending bij Veendam wordt hard gewerkt aan de bouw van nieuwe ondergrondse opslagplaatsen voor aardgas: twee voor Gasunie en twee voor Nuon. Het gaat om een investering van honderden miljoenen euro’s en van strategisch belang voor de voorzieningszekerheid in ons land. Dit is een onderdeel van de zogenoemde Gasrotonde, die van Noord-Nederland een centrum wil maken van alles wat met de handling van gas te maken heeft, ook als in de toekomst ons eigen aardgas op is of, beter nog, als dat eigen gas als strategische reserve achter de hand kan worden gehouden. Belangrijk onderdeel van de Gasrotonde is de recente ingebruikname van een aardgasleiding onder de Noordzee tussen Engeland en Nederland, van Blacton naar Balgzand.
In de stad Groningen komt naar alle waarschijnlijkheid een grote bio-ethanolfabriek, die 200 miljoen liter ethanol per jaar gaat maken en direct werk biedt aan 40 mensen en indirect aan 460 mensen. Bio-ethanol wordt gebruikt als verplichte bijmenging aan brandstoffen om de CO2-uitstoot tegen te gaan.
In Pesse komt een Green Planet-tankstation. Hier kunnen alle soorten brandstoffen, ook biobrandstoffen en aardgas, getankt worden. Het tankstation zal op vernieuwende wijze worden vormgegeven zodat direct duidelijk is dat het hier gaat om een duurzaam station. Het complex gaat zijn eigen energie opwekken met behulp van zonnecollectoren, windturbines, een koolzaadgenerator en gebruik van aardwarmte.
In de Eemshaven gaat binnenkort de grootste producent van biodiesel in Nederland draaien. ‘Biovalue’ is de naam en er wordt 240 miljoen liter per jaar gemaakt.
In Delfzijl is kortgeleden een innovatieve elektriciteitscentrale geopend die werkt op basis van PEM-brandstofcellen. De centrale werkt op waterstof en is de eerste stap op weg naar een nieuwe generatie schone energiecentrales.
Leeuwarden wil zich profileren als de bio-en aardgasstad van Nederland. Er staan al twee aardgastankstations en de gemeente heeft een overeenkomst met zeven dealers gesloten om aardgasauto’s in het assortiment op te nemen. Er loopt een aantal projecten met biogas.

Karren met koolzaad

Terug tot slot naar die opvallende P.C.Hoofttrekker uit het begin van dit verhaal met die opgedrukte foto’s van bloeiende koolzaadvelden en dat webadres. Achter Via ‘www.hanze.nl’ stuiten we op het artikel ‘Karren met koolzaad’ van Luuk Steemers. Daaruit wordt duidelijk dat het Energie Kennis Centrum van de Hanzehogeschool in Groningen samen met het Alfacollege daar volop bezig is met het project Verduurzaming Hanze Automobiliteit (VHAM). Studenten van het Alfacollege bouwen tweehonderd auto’s om zodat die gedeeltelijk op aardgas en plantaardige olie kunnen rijden. Dat betekent vierhonderd ton minder CO2-uitstoot per jaar. Studenten van de Hanzehogeschool bemoeien zich vooral met de marketing en managementaspecten. Zij beweren dat iedereen die zijn auto bij de VHAM laat ombouwen, accijnsvrij plantaardige olie kan tanken voor tachtig eurocent per liter. Diesel kost een euro per liter. En als dat waar is komt duurzame energie ineens een stuk dichterbij. Want voor het merendeel van alle hiervoor opgesomde plannen geldt helaas dat ze vooralsnog voor de consument duurder uitpakken, en dat is zoals bekend een vrijwel onneembare hindernis voor een succesvolle invoering.

Trefwoorden