Het dorp Middelstum, gelegen op het Hogeland, is een typisch voorbeeld van een wierdendorp met een radiaire structuur.

Het dorp Middelstum, gelegen op het Hogeland, is een typisch voorbeeld van een wierdendorp met een radiaire structuur. Archeoloog Piet Kooi heeft als eerste getracht het leven op en rond de wierde te beschrijven. De nederzetting is in vier fasen opgebouwd. Sinds ongeveer 500 voor Chr., raakt Noord-Nederland voor het eerst bewoond vanuit de hogere zandgronden. Er worden nederzettingen gebouwd op de oever- en kwelderwallen. In de eerste fase, rond 600 voor Chr., vestigen de eerste bewoners van Middelstum zich op zo’n kwelderwal. De boerderijen bestaan uit woon-stalhuizen en bieden onderdak aan gezinnen met kinderen en ongeveer een twintig stuks vee.
In de tweede fase zijn de bewoners, vanwege de vele overstromingen als gevolg van een stijgende zeespiegel, gedwongen hun woonplaatsen voortdurend op te hogen. Het gevolg is dat op de kwelderwal de wierden van Toornwerd, Middelstum en Westerwijtwerd ontstaan. De wierden worden opgehoogd met plaggen en klei, huishoudelijk afval en mest van mens en dier. Bij de verhoging van de wierde werd de boerderij meestal afgebroken en vervolgens weer opgebouwd. In deze periode is ook een aantal huiswierden aangelegd, die samen de dorpswierde van Middelstum vormen. Deze hoogten zijn opgenomen binnen de radiaire structuur die gevormd wordt door een wegenpatroon met een ringweg.

Bloeitijd

In de derde fase, van 0 tot 500 na Chr., wordt de wierde groter en hoger. Deze Romeinse periode is de eigenlijke bloeitijd want de zeespiegel is rustig en de bewoners kunnen uitzwermen over de vlakkere delen van de kwelder, waar huiswierden maar ook grotere terpen worden aangelegd. De Middeleeuwen vormen de vierde fase; de wierden worden dan nog groter en hoger. In deze periode worden de eerste bedijkingen gerealiseerd en er komt een afwateringssysteem met sluizen en molens. De eerste kerken worden gebouwd en de rijke boeren en de landadel zijn in staat om een steenhuis te bouwen.
De kruinhoogte van de wierde van Middelstum bedraagt 2,3 m + NAP. De structuur op de zuidelijke helft van de wierde – op de foto aan de rechterkant – is zeer regelmatig. De ringweg is cirkelvormig en de straten lopen naar het centrum.
Binnen de minder regelmatige noordelijke helft – aan de linkerkant op de foto – liggen de borgterreinen van de in de achttiende eeuw gesloopte borgen Asinga en Mentheda. Van de eerste borg is het poortgebouw bewaard gebleven. Rond het borgterrein van Asinga ligt een gracht. De bekende auteur van de Stads- en Dorpskkroniek van Groningen, Jacob Vinhuizen, die in Middelstum is geboren, liet in 1896 op de Methedawierde een villa bouwen met dezelfde naam. Tussen de twee borgterreinen staat de uit de dertiende eeuw daterende Hippolytuskerk.
In 1846 schrijft Van der Aa in zijn Aardrijkskundig Woordenboek: ‘Het dorp Middelstum is groot en aanzienlijk, liggende geheel op eene uitgestrekte wierde van ruim 15 bunders, aan de trekvaart en puinweg van Groningen naar Uithuizen. Het is er levendiger en vroolijker dan in vele andere landdorpen, door de onderscheidene bedrijven die er uitgeoefend worden. Vooral heeft dit plaats in het voorjaar, bij het inschepen van het naar Holland verkochte rundvee.’

Beschermd dorpsgezicht

Tot 1900 blijft in de meeste wierdendorpen de groei beperkt tot verdichting van de kern. Na 1900 zet de groei zich voort buiten de wierde, waarbij de uitbreidingen nog aansluiten bij de oude structuur. Na de oorlog verandert dit in de meeste plaatsen: nieuwbouw wordt voor het overgrote deel buiten de dorpskom gepland, veelal zonder rekening te houden met de oorspronkelijke bebouwingsstructuur. Middelstum is hierop echter een uitzondering; hier is moeite gedaan de naoorlogse uitbreidingen aan te passen aan de radiaire vorm van het dorp.
Middelstum – aangewezen als beschermd dorpsgezicht – ligt aan het Boterdiep. Deze waterverbinding met de stad Groningen loopt op de foto aan de onderkant links rond het dorp en gaat dan met een knik richting Kantens, links op de foto. Precies in de knik ligt de korenmolen De Hoop, gerestaureerd in 1977. Vlak daarbij ligt ook het vierkante borgterrein van de borg Ewsum, die in 1863 is afgebroken. Alleen de grachten, de tuinen en de singels resteren nog, evenals het onderste deel van de verdedigingstoren, die dateert uit 1472.
Linksonder op de foto staat de vroegere steenfabriek Labor, tegenwoordig een bedrijf voor pallets. Aan de oostkant van het dorp – aan de bovenkant van de foto – ligt het Middelstummerbos, aangelegd in de jaren tachtig van de vorige eeuw. Het knalrode dak van het gebouw dat daar ligt, is een bejaardencentrum. Het witte gebouw in het centrum is een supermarkt.
Al jaren bestaan er plannen om ten zuiden van Middelstum een nieuwe ringweg te bouwen om de bewoners meer rust en veiligheid te bieden, maar het betekent tevens een landschappelijke ingreep in dit mooie stukje Hogeland.

Trefwoorden