In Noord-Nederland en met name rond om en op het Drents Plateau zijn tijdens de laatste tienduizend jaar enorme hoeveelheden hoogveen gevormd. Ten oosten van de Hondsrug, tot over de rijksgrens met Duitsland bevond zich bijvoorbeeld het Bourtangerveen, met een oppervlakte van ruim 160.000 hectare.

In Noord-Nederland en met name rond om en op het Drents Plateau zijn tijdens de laatste tienduizend jaar enorme hoeveelheden hoogveen gevormd. Ten oosten van de Hondsrug, tot over de rijksgrens met Duitsland bevond zich bijvoorbeeld het Bourtangerveen, met een oppervlakte van ruim 160.000 hectare. Hoogveen is gevormd onder invloed van voedselarm regenwater en in een zuur milieu. Veen blijft veen zolang er maar geen zuurstof in kan doordringen. Maar zodra de waterstand zakt, worden de opgestapelde plantenresten alsnog afgebroken en vormt zich humus. In het zure hoogveenmilieu zijn dat vooral humuszuren die met water neerwaarts kunnen bewegen.
Ontwatering in hoogveengebieden was een rigoureus gebeuren. Vooral ten behoeve van de turfwinning werden kanalen en wijken gegraven, veelal tot in de zandondergrond. Het gevolg was dat de grondwaterstand zakte tot onder het vele meters dikke veenpakket. De door de vertering gevormde humuszuren konden dus door het hele pakket veen heen en zelfs tot in de zandondergrond uitspoelen. Veenarbeiders zagen de humuszuren soms uit het veen komen sijpelen als een stroperige brij, en betitelden deze donkere roodbruine substantie als ‘ossenbloed’. De hoogveenhumus die samenklonterde in holten van het veen of in oude wortelgangen in de zandondergrond, staat bekend onder de naam ‘doppleriet’; een naam die afgeleid is van het feit dat het in 1849 door de bodemkundige Doppler voor het eerst werd beschreven. Doppleriet is te vergelijken met pure schoensmeer. Daarnaast bleef de uitgespoelde humus als koffie op een filter steken op de overgang van het veenpakket en de zandondergrond. De op die manier gevormde zwarte overgangslaag wordt ‘gliede’ genoemd.

Contrastrijk gekleurd

Wanneer de humus uit een verdrogend hoogveenpakket met het zich neerwaarts verplaatsende regenwater als een front in de zandondergrond dringt, kan het aldaar inspoelingslagen gaan vormen die vergelijkbaar zijn met een inspoelingslaag van een podzolgrond. Deze worden waterhardlagen genoemd. Intrigerend is dat de waterhardlagen zich kunnen bevinden boven in de zandondergrond, maar dat ze ook meters diep in het zand aanwezig kunnen zijn. Schrijver dezes heeft in de tweede helft van de jaren tachtig onderzoek gedaan naar het ontstaan en het voorkomen van waterhardlagen in Zuidoost-Drenthe. Daaruit bleek dat de waterhardlagen vooral aan te treffen zijn in zandkoppen onder het voormalige veen; meestal als lagen, maar waterhard ziet er soms ook uit als grillige wolkvormige vlekken. Als waterhardlagen in bijvoorbeeld slootwanden worden aangetroffen, eindigen ze vrijwel altijd in een karakteristieke omhooggerichte, puntige bocht.
De grote foto toont een gedeelte van een dekzandprofiel onder een voormalige hoogveenbedekking in het Amsterdamsche Veld, even ten noorden van het plaatsje Weiteveen. Het is een close-up van het karakteristieke uiterlijk van een waterhardlaag: een lijnrechte bovenkant en een grillige onderkant. We zien dat de grillige onderzijde samenhang vertoont met de grilligheid van de afzettingsgelaagdheid in het dekzand. Onder de circa vijftien centimeter dikke waterhardlaag bevinden zich nog twee dunne waterhardlaagjes. Het gehalte aan humus van de waterhardlaag is slechts vijf procent, maar de laag is contrastrijk donker gekleurd vanwege het feit dat alle zandkorrels erin zijn omgeven door een dun vliesje humus.

Bikkelhard en waterdicht

Als een waterhardlaag sterk wordt uitvergroot, is het beeld te zien van de kleine foto. We zien dat de individuele zandkorrels met een opvallend horizontale ‘humusriem’ (hier gebarsten door uitdroging) met elkaar worden verbonden. Dit verklaart het bikkelharde karakter, maar ook de slechte waterdoorlaatbaarheid van de waterhardlagen.
Vanwege de waterstagnerende werking zijn in de huidige veenkoloniën veel waterhardlagen door diepploegen verwijderd. Maar nu en dan komt bij het graven in het zandgebied van Noord-Nederland nog wel eens een fraaie waterhardlaag aan het licht. De precieze omstandigheden waaronder waterhardlagen zijn ontstaan, zijn nog steeds niet doorgrond. Wel is zeker dat waterhardlagen zijn gevormd onder invloed van een hoogveenpakket. In die zin zijn waterhardlagen dus te gebruiken als indicatoren van een voormalige hoogveenbe-
dekking. <