In Ulrum, gelegen in Noordwest-Groningen, heeft tot 1810 de Asingaborg gestaan. Nu dreigt een deel van het vijf hectare grote park opgeslokt te worden als gevolg van woningbouw in het te ontwikkelen uitbreidingsplan Trekweg.

In Ulrum heeft eeuwenlang het adellijke huis Asinga gestaan. De oudste kronieken gaan terug tot het jaar 1426. Hier woonde toen het geslacht Asinga. De borg was eerst een heerd, die tot 1504 de heerd in het bezit van de familie bleef. In 1520 werd de heerd in een borg herschapen, maar mocht die naam pas dragen toen in 1659 een nieuw huis werd opgetrokken. De borg was omgeven door een brede gracht. Rondom de tuin was een brede buitengracht gesitueerd. Aan de buitenzijde daarvan lag de toegangslaan naar de borg met een ingang vanaf de Singel en een ingang vanaf het Melkpad, nu Asingastraat. Het borgterrein raakte na de inval van de Fransen in Nederland in 1795 in verval, doordat alle heerlijke rechten – lees inkomsten – van de borgbewoners werden afgeschaft. De laatste bewoner van de borg vertrok in 1809. In dat jaar werd het huis Asinga, inclusief tuinen en bossen, publiek verkocht. De borg bestond in die tijd uit een huis met veertien royale kamers, een keuken en diverse kelders, een schathuis, schuren, een koetsierswoning en een Chinese tent (vermoedelijk een zomerhuisje), kassen, lanen, bossen en landerijen. Het huis bracht 6.001 gulden op. Verder werden in een jaar tijd duizenden bomen en struiken, van groot tot klein, verkocht. In 1810 werd de borg afgebroken. Het puin werd gebruikt voor de versterking van de dijken in de Nieuwe Ruigezandsterpolder, gelegen tussen Zoutkamp en Lauwerzijl. Na de afbraak is het vrijgekomen stuk land vrijwel uitsluitend gebruikt als landbouwgrond. Een deel van het terrein dat tegen de zuidoostelijke helling van de wierde lag, is afgegraven. De geschiedenis van het Asingaverleden leeft in Ulrum al jaren voort in de vorm van de Asingabank in de hervormde kerk, het bejaardenhuis Asingahof, de Asingastraat en aan de rand van het park het riante woonhuis Asingaheerd.

Aanleg Asingapark

Om nog meer van het Asingaverleden terug te halen, werd in de jaren zeventig al gesproken over de herinrichting van het voormalige borgterrein. Dit leidde in de eerste helft van de jaren tachtig tot het besluit van het gemeentebestuur van Ulrum – na de gemeentelijke herindeling opgegaan in de gemeente De Marne – om het borgterrein als park in te richten. De toenmalige firma R.J. Reukema uit Ulrum belastte zich met het ontwerp en de uitvoering. In 1985 startten de eerste werkzaamheden. Helaas was het niet mogelijk de vroegere ‘heerlijkheid’ in volle omvang terug te brengen. Op basis van oude kaarten is een ontwerptekening gemaakt. Hierbij is gestreefd om tot een goede en verantwoorde combinatie te komen van historie, landschap, natuur en recreatie. Het park is in eerste instantie opgezet om de historie van het borgterrein levendig te houden. Daarnaast moest het park voor iedere bezoeker een educatieve en informatieve waarde krijgen. Op de plaats van het voormalige huis Asinga is door middel van een parkontwerp het oude ‘grondplan’ van borg en borgterrein aangegeven. Plaats en omvang van de vroegere borg – de borgstee – wordt gesymboliseerd door een taxushaag. Het voorplein is bestraat met keitjes en wordt omsloten met een dubbele pergola met twee poorten erin. Op de borgstee is een wandeltuin in middeleeuwse stijl aangelegd. De binnengracht van de vroegere borg is niet hergraven, maar iets verdiept aangelegd. Van de vroegere buitengracht is een gedeelte hergraven, met daarbij aansluitend een vijver. De loop van de paden vertoont veel overeenstemming met het patroon van vroeger en is min of meer recht toe, recht aan. In totaal ligt er ongeveer duizend meter aan wandelpaden. Het park werd in 1988 geopend. De aanleg kostte de gemeente bijna zeshonderdduizend gulden.

Onderhoudstoestand park

Het Asingapark bestaat nu meer dan tien jaar. De algehele onderhoudstoestand van bepaalde parkonderdelen is verre van ideaal. De ontwerper van het park, de heer Reukema uit Ulrum, is niet gelukkig met deze situatie. Reukema: ‘Ik zie de onderhoudstoestand van het park steeds verder afglijden naar een niveau dat parkonwaardig is.’ Boompartijen die tot singels moeten uitgroeien, zoals de eiken aan de zuidzijde van het park, worden overheerst door heesters. Bomen die doodgaan, worden wel gerooid, maar er komen geen nieuwe bomen voor in de plaats. Volgens de gemeentelijke woordvoerder, de heer Meijering (N.B. Meijering is per 16 augustus 1999 werkzaam bij de gemeente Nunspeet), valt de toestand van het onderhoudsniveau wel mee. Meijering: ‘In het door de raad vastgestelde onderhoudsplan is het onderhoudsniveau van het park als ‘normaal’ gekwalificeerd. Je kunt je afvragen of we de onderhoudstoestand wel kunnen handhaven zoals die in het begin geweest is.’ Ook andere parkonderdelen gaan gebukt onder achteruitgang. Het pronkstuk van het park, de borgstee met haar middeleeuwse stijltuin, ziet er verwaarloosd uit. De buxus mist de noodzakelijke vormsnoei, terwijl onkruid tussen de buxus en de grindpaden opschiet. Her en der liggen de brokstukken van wat eens Grieks-Italiaanse siervazen waren. Deze situatie tref ik aan in mei van dit jaar, terwijl het er bij een bezoek in 1998 ook zo uitzag. Voor de rest van het park lijkt het erop dat de gemeente zich vooral tot natuurlijk beheer beperkt. Dit hoeft niet per definitie storend te zijn. Wat wel frequent wordt uitgevoerd, is het maaibeheer. De eerste jaren werden delen van het park vanuit het extensief maaibeheer onderhouden. Dit leverde prachtige bloemenweiden op. Uit eigen waarneming valt op dat dit niet meer gebeurt. Als de gemeente het maaibeheer verandert, kan de gemeente een deel van de jaarlijkse kosten – deze bedragen op jaarbasis ongeveer vijftigduizend gulden – bijvoorbeeld inzetten om bepaalde onderhoudsklussen uit te voeren. Mogelijk dat hierdoor de aantrekkelijkheid van het park weer vergroot wordt en zij weer trots aan de bezoeker kan worden getoond.

Uitstraling Asingapark

In het begin van haar bestaan lag het park er als een parel bij. De eerste jaren na de opening kwamen speciaal reisgezelschappen naar het Asingapark. Dit werd meestal gecombineerd met een bezoek aan de prachtige hervormde kerk. Reukema: ‘In het begin kwamen hier op jaarbasis tussen de driehonderd en zeshonderd ‘georganiseerde’ bezoekers. Dit heeft uiteraard effect op de uitstraling en de beeldvorming van het dorp als geheel.’ In de huidige staat krijgt het park alleen maar negatieve publiciteit. Reukema: ‘Mensen die het park bezoeken, krijgen nu een verkeerd beeld. Dit komt het park niet ten goede. Verder ontbreken de voorzieningen, zoals informatieborden die de bezoeker informeert over de historie en de opzet van het terrein.’ Het enige waaraan de bezoekers de sfeer van het verleden nu nog kunnen proeven, naast de genoemde borgstee met pergola en stijltuin, is een groot schilderij op de buitenmuur van de christelijke basisschool. Deze school ligt in het park. Op de muurschildering wordt het vroegere borgleven uitgebeeld. Om het park aantrekkelijk en levensvatbaar te houden en de uitstraling te vergroten, moet hoe dan ook actie op gemeentelijk niveau worden ondernomen. Wat dat betreft werken de plannen voor het al in de inleiding genoemde uitbreidingsplan Trekweg niet erg in het voordeel van het park.

Structuurvisie

De plannen voor de Trekweg passen in het toekomstbeeld van het gemeentelijk beleid. Om slagvaardig te kunnen opereren, werkt zij aan een structuurvisie voor de toekomst. Als voorbereiding daarop is begin dit jaar een discussierapportage gepresenteerd. In die rapportage is voor het terrein aan de Trekweg een dorpsrandontwikkeling gepland. Bedrijven die ‘overlast’ veroorzaken in de dorpskom, wil de gemeente graag verplaatsen naar een te ontwikkelen bedrijventerrein langs de provinciale weg Groningen-Lauwersoog, aan de westkant van Ulrum. Deze verplaatsingsoperatie levert het dorp in ieder geval weer nieuwe bouwlocaties op, iets waar op dit moment een groot tekort aan is. Behalve de bouwlocatie aan de Trekweg worden ook nog terreinen aan de Brugweg en Elensterweg bebouwd. De gemeente verwacht volgend jaar met de ontwikkeling van de Brugweg en Elensterweg te kunnen starten. Dit levert in totaal zes … acht nieuwe woningen op. Volgens de woordvoerder van de gemeente is er aan de Trekweg in principe plaats voor circa 25 woningen. De gemeente verwacht over twee jaar met de uitgifte van deze bouwkavels te kunnen beginnen.

Ongerustheid status Asingapark

Als gevolg van de reeds genoemde discussierapportage kwam de actualiteit rond woningbouw aan de rand van het Asingapark begin dit jaar weer aan de orde. De in de gemeente verschijnende krant De Hogelandster opende met de kop: ‘Uitbreiding Ulrum gaat ten koste van het Asingapark’. Reukema: ‘Ik ontdekte de plannen tijdens een voorlichtingsavond, medio februari 1995, in het kader van de stads- en dorpsvernieuwing voor het centrum van Ulrum. Ik constateerde dat het plan een deel van het Asingapark overlapte en heb daar toen tegen geprotesteerd. Gelukkig bleek dat de overgrote meerderheid van de aanwezigen aantasting van het park afwijst. Dit heb ik in een brief aan de gemeente nogmaals aangekaart.’ Navraag bij de gemeente leert echter dat de plannen voor woningbouw in de buurt van het Asingapark al in 1992 bekend waren. Meijering: ‘In 1992 heeft de gemeenteraad de notitie Woningbouw Ulrum vastgesteld, waarin verschillende bouwplannen zijn opgenomen. De insprekers hebben destijds tijdens een uitgebreide inspraakronde hoge prioriteit gegeven aan de locatie Trekweg. Hierdoor is deze locatie boven aan de lijst terechtgekomen.’ Het is best mogelijk dat er toen nog helemaal geen sprake van was dat er bij de ontwikkeling van het uitbreidingsplan een deel van het park verloren zou gaan. De gemeente is op dit moment in gesprek met de eigenaar van de grond over eventuele verkoop van het beoogde terrein.

Uitbreidingsplan Trekweg

In de naoorlogs dorpsuitbreiding is al een deel aan de noordkant van het voormalige borgterrein afgesnoept voor aanleg van een weg en woningen. Als er nu woningbouw wordt gerealiseerd, verdwijnt het hele zuidelijke deel van het park, tot en met de buitengracht. Meijering: ‘Op basis van de huidige plannen verdwijnt er een strook van 35 meter breed en 200 meter lang.’ In het plan wordt de Trekweg doorgetrokken tot in het park. Daar zal de weg doorlopen op het trac‚ dat nu als hoofdlaan voor de wandelaars dient, om uiteindelijk met een boog weer op de Trekweg aan te sluiten. Dit was vroeger een van de oprijlanen naar de borg. Meijering: ‘Om een aantrekkelijke straat te kunnen maken, is volgens het gemeentebestuur een strook van het park nodig. Dit heeft ook te maken met een zonering rondom de aanwezige manege. Zoals het er nu naar uitziet, is eventuele verplaatsing van de manege niet aan de orde.’ Mocht de aanleg van de straat op de huidige wandellaan doorgaan, dan gaat een belangrijk historisch onderdeel van het park voorgoed verloren. Meijering: ‘De gemeente ziet de plannen niet als bouwen in het park, maar bouwen aan het park. Door een functionele overgang van het nieuwbouwplan naar het park te cre‰ren, kan dit in de toekomst een meerwaarde voor het park vormen.’ Deze gedachtegang is plausibel en verdedigbaar, maar het is de vraag of daarvoor dan eerst een deel van het park moet verdwijnen.

Alternatieven

Als het uitbreidingsplan volgens de huidige ideeën wordt ingevuld, verliest het Asingapark een aanzienlijk deel van haar oppervlakte, namelijk 7000 m2. Door de grootte van het park en de relatief eenvoudige ontsluitingsmogelijkheden voor infrastructuur, is het overblijvende deel van het park een interessante locatie voor toekomstige woningbouw. De gemeente verklaart dat dit in geen geval zal gebeuren. Meijering: ‘Op basis van de eerder genoemde notitie Woningbouw Ulrum is verder gebruik van het park voor woningbouw niet aan de orde.’ Op dit punt is de notitie dus duidelijk. Ook de invulling van het uitbreidingsplan Trekweg hoeft niet de aantasting van het park te betekenen. De grootte van het te bebouwen terrein rechtvaardigt dit te zeggen. Een alternatief is mogelijk. De ontsluiting van het plan kan op zo’n manier worden ingevuld dat de verbindingsweg aan de zuidzijde van het park niet nodig is. Een planologische vergissing kan hiermee worden voorkomen. Op basis van haar eigen beleid is de gemeente verplicht om naar alternatieven te zoeken, want in de discussierapportage worden borgterreinen als ‘gewichtig’ bestempeld. Samen met de wierden vormen zij belangrijke elementen in het landschap. Het is dan ook opmerkelijk dat de gemeente het borgterrein gedeeltelijk wil opofferen voor woningbouw.

Bevolkingsontwikkeling

Doordat er volgend jaar al gestart wordt met de bouw van woningen aan de Brugweg en de Elensterweg, kan het plan Trekweg naar mijn idee mogelijk anders worden opgezet, zodat de verbindingsweg via de zuidzijde van het park niet nodig is. Door het cre?ren van een andere ontsluitingsweg is er dan misschien nog maar plaats voor 20 woningen in plaats van de geplande 25 woningen, maar hierdoor kan het Asingapark wel buiten schot blijven. Op basis van de in dit artikel genoemde aantal woningen, heeft Ulrum de komende twee jaar nog ongeveer 35 nieuwe woningen in het verschiet. Op termijn zal er volgens de gemeente ook woningbouw mogelijk zijn aan de oostkant van Ulrum. Deze locatie staat als nummer drie op de prioriteitenlijst van de notitie Woningbouw Ulrum, maar zal niet eerder dan over vijf jaar gestalte krijgen. Meijering: ‘Hier verrijst een asielzoekerscentrum voor de maximale duur van vijf jaar. Daarna zal deze locatie voor woningbouw worden bestemd.’ We moeten afwachten hoe dan de ontwikkeling op de woningmarkt is. Dit is van een aantal factoren afhankelijk. Zo is de gemeente gehouden aan het woningcontingent dat zij op basis van rijks- en provinciaal beleid krijgt toegewezen. Voor de periode 1998-2000 waren dit 98 woningen. Voor de periode tot 2010 is dit cijfer nog onbekend. Verder is het voor de gemeente belangrijk hoe de bevolkingsontwikkeling verloopt en deze te relateren aan de benodigde woningcapaciteit. Stel dat er in de toekomst minder huizen nodig zijn, dan is het ontzettend jammer als er nu met de inrichting van het uitbreidingsplan Trekweg een deel van het park verdwijnt.

Behoud blijft het uitgangspunt

In dit artikel heb ik duidelijk willen maken dat woningbouw in het uitbreidingsplan Trekweg niet ten koste hoeft te gaan van het park, omdat op korte termijn ook andere bouwlocaties in het dorp worden ontwikkeld. Met een andere ontsluitingsweg kan aantasting van het park worden voorkomen. Cultuurhistorie hoeft niet altijd ten koste te gaan van vooruitgang. Te zijner tijd zal er met betrekking tot het ontwerp een inspraakprocedure worden gestart. Hierin kan iedereen zijn mening over de plannen geven en daarmee direct invloed uitoefenen op het definitief vast te stellen plan. Hiermee hoeft echter niet gewacht te worden tot de formele inspraakprocedure van start gaat. Snelle actie is nu nodig om het park tegen aantasting te beschermen. Ulrum verloor eens een borg, maar kreeg er in de jaren tachtig weer iets voor terug dat voor velen een welkome aanvulling was als herinnering aan het verleden. Het zuidelijke deel van dit historische terrein mag niet verloren gaan!

Trefwoorden