We kunnen het dorpslandschappenproject afsluiten met de constatering dat het project een rijke oogst heeft opgeleverd van nieuwe interpretaties, visies en ontwerpen, gelardeerd met een keur aan locale voorbeeldprojecten en initiatieven. Hier ligt onmiskenbaar een breuk met het geijkte plattelandsbeleid zoals dat in de VINEX nog werd vormgegeven en dat deels stoelde op een gedepriveerde, inactieve bevolking die zich geconfronteerd zag met een kwijnend voorzieningenniveau: de traditionele dorpssamenleving als willoos slachtoffer van een niets ontziende modernisering. De klassieke 'kleine kernen problematiek' lijkt zich geleidelijk op te lossen in een nieuw probleemveld. Niet langer staan teloorgang en stagnatie centraal maar behoud van identiteit in de dynamische praktijk van maatschappelijke vernieuwing.

De startdiscussie voor de Vijfde nota heeft al een voorschot genomen op een beleidsomslag door de lancering van culturele identiteit als leidraad voor ruimtelijke vernieuwing. De nota Belvedere gaat nog een stapje verder. Deze interdepartementale nota ziet culturele identiteit vooral als een inhaalslag voor de kwaliteitsverbetering van de landelijke woonomgeving.
De aankondiging van een nieuwe ‘culturele planologie’ zal ongetwijfeld het cultuurfilosofische debat aanscherpen. Dat is niet verwonderlijk in een land waar het modernisme zich kon ontwikkelen tot een nationale traditie. Maar afgezien van een leuke avond in De Balie zal zo’n ismen-debat ons weinig verder helpen met het operationaliseren van het begrip culturele identiteit.
Het is overigens nog maar de vraag of er wel echt spra…

Trefwoorden